De schrijver maakt samen met zijn vriendin en hun zonen eind december 2004 de Tsunami op Sri Lanka mee. Dat wil zeggen, door een algeheel gevoel van ongenoegen met elkaar en de situatie waarin ze verkeren – de vakantie duurt nog een kleine week en het stel heeft, na een jaar met elkaar te zijn en aanvankelijk te hebben gedacht dat ze de liefde van elkaars leven waren, de avond ervoor uitgesproken dat ze zonder elkaar verder willen gaan – hebben ze de duikcursus voor die dag afgezegd en zijn ze aan de rand van het zwembad van hun hotel blijven hangen. Daardoor overleven zij de Tsunami en anderen niet.
Carrère beschrijft de gevolgen van deze ramp voor een jong Frans stel dat hun dochtertje verliest, hij beschrijft de ellende, de dood, de chaos, de wanhoop, het verdriet en parallel daaraan beschrijft hij wat deze gebeurtenis bij hem, zijn gevoelens, teweeg brengt. Hij doet dat niet nadrukkelijk maar terloops en hij spaart zichzelf niet; oog in oog met deze overweldigende ramp die hen gespaard heeft ziet hij zijn, vaak kleinzielige, gevoelens onder ogen. Niet om de lezer te verleiden maar om deze deelgenoot te maken van een innerlijk proces dat zich bij hem voltrekt.
Terug in Frankrijk wordt de zus van zijn vriendin ziek, er is opnieuw kanker bij haar geconstateerd en deze keer zal dat fataal voor haar blijken te zijn. Deze Julliette is op haar 18e verlamd geraakt aan beide benen en sindsdien loopt zij op krukken. Zij is gelukkig getrouwd en heeft drie jonge dochtertjes. Zij werkt als kantonrechter en haar naaste collega kantonrechter is een man die op zijn 18e een been verloor aan kanker.
Op verzoek van deze collega rechter schrijft Carrère over hun werk en over hun levens. Carrère zijn verhaal oogt ogenschijnlijk eenvoudig, alsof hij het optekende uit de monden van anderen. Die eenvoud is bedrieglijk; het is de eenvoud van een schrijver die zijn vak verstaat en de taal componeert van het verhaal over deze andere levens en en passant de lezer ook kennis laat maken met het zijne.
Andere levens dan het mijne door Emmanuel Carrère
Uitgeverij De Arbeiderspers
Isbn 978 90 295 7353 5